Herman Bavinck, Filosofische ethiek (ed. Dirk van Keulen)

Schets van de gereformeerde ethiek

Inleiding

136

1. Begrip en inhoud. Onderscheid van dogmatiek; en verwantschap met haar. Onderscheid van filosofische ethiek. Onderscheid van katholieke, lutherse, doperse ethiek, enz. Recht, plaats in de theologische encyclopedie en waarde der ethiek. Het principium cognoscendi.

2. Geschiedenis der gereformeerde ethiek. Daaraan voorafgaande overzicht van de geschiedenis der christelijke ethiek in het algemeen. Zie de werken van Neander, De Wette, Gass, Bestmann.357

Van de gereformeerde ethiek: de hervormers Luther (Luthardt),358 Zwingli (Bavinck),359 Calvijn (Lobstein),360 voor Institutie, III, caput 6-10.

α. Eigenlijke moraal.361 L. Danaeus, Ethices Christianae, Libri tres (1577). Kecker­mann, Systema Ethicae (in de Opera Omnia, 1614). Polanus, Syntagma Theologiae (1625), scheidt dit in [een] theoretisch en [een] praktisch deel. Dit laatste begin Boek 8. Deze methode werd algemeen: Heidegger, Locus 14 De Decalogo. Hoornbeek, Mastricht. Wendelin[us], tweede boek;362 Wollebius, tweede boek; Amesius, Mergh der Godgeleerdheid, tweede boek; Brakel, tweede deel; e.a.

A. Walaeus schreef Compendium ethicae Aristotelicae ad normam veritatis Christianæ revocatum. Polyander Theses Logicae at­que Ethicae. Hoornbeek Theologiae practicae (1666). Witsius, Schediasma theologiae practicae.363

M. Leydecker, Medulla theologiae practicae.364 A. Driessen [Oude en nieuwe mensch Gebragt tot een Zaamstel der] praktikale godgeleertheid. Amyraldus, La Morale Chrétienne (zes delen 1652v.).365 Heidegger, Ethicae Christianae prima [elementa] (1711). Pictet, [De Christelyke Zedekunst].366 Werenfels II 183;367 J.A. Turrettin, I 152v.;368 Stapfer, De zedenleer;369 Dan. Wyttenbach.370 Sam. Endemann.371 Dit is de laatste.435

β. Casuïstiek en ascetiek.372 Als casuïsten vooral W. Perkins. Amesius en Joh. Alsted, Theologia casuum.

Ascetica = Plichtvermanende of Beoefenende Godgeleerdheid. 137 Bijvoorbeeld Mastricht IV, 669v. over de oefening der Godzaligheid. Perkins. Teellinck. Bayl[y], Oefening der Godzaligheid. Teellinck vele geschriften. Ook Ridderus, De mensche Godts uit de geschrif- 138 ten van Teellinck. Voetius Oefening der Godzaligheid (Ασκητικα).

γ. Het geestelijk leven. C. Vitringa.373 Wits, Practij[cke] des Christendoms.374 Hottinger (in Marburg) Typus vitae christianae.375 En verder alle stichtelijke werken over bekering, heiligmaking, enz. Vooral veel uit Engeland.

3. Grondslag der christelijke ethiek. Theologia naturalis. Antropologische onderstellingen.

α. Oorspronkelijke toestand des mensen. Beeld Gods. Aard en wezen daarvan. Ontvouwing.

β. Toestand des mensen in de zonde. Psychologische beschouwing, met fysiologische gepaard. Vooral zijn

vrijheid en zedelijke natuur in het algemeen. Formele en materiële vrijheid. Determinisme en verkiezing. Vrijheid en dwang.

Geweten436 komt altijd na de zonde, onderstelt deze. Het is het bewustzijn van niet te zijn, die we moesten wezen. Scheiding, klove tussen de idealen en de werkelijke mens. Band aan de eeuwige wereld. Onverklaarbaar voor Darwin c.s.

Hier moet gelet op ‘Die natürliche Moral’.437 Haar betekenis, waarde, mogelijkheid, beoordeling van christelijk standpunt. Deugden der heidenen, splendida vitia.376 Haar betekenis ook voor ons. Onmisbaarheid, wijl grondslag.

Godsdienst en zedelijkheid. Tegen de morale indépendante. Idee en begrip en waarde der humaniteit. Onwaarheid ervan. Godsdienst en zedelijkheid zijn twee, niet een. Godsdienst is niet directe bron der zedelijkheid. Subjectief zijn het twee zijden des mensen. Twee openbaringen van het ene Ik. Band met God. Band met de naaste. Twee takken van een boom.438 Subjectief liggen ze in de mens náást elkaar, ten dele onafhankelijk.

Ook objectief in de geschiedenis. De moraal is bij de heidenen onafhankelijk van hun godsdienst. Eerst allengs worden ze meer één. Toch ook nu nog ten dele gescheiden. Bij de onbekeerden. Bij de bekeerden.

357 Blijkens de wijze van schrijven is de naam van Bestmann later toegevoegd. Bedoeld zijn achtereenvolgens: Dr. A. Neander’s Theologische Vorlesungen, herausgegeben durch J. Müller, Band V. Vorlesungen über Geschichte der christlichen Ethik, herausgegeben von David Erdmann, Berlin 1864; W.M.L. de Wette, Christliche Sittenlehre, Zweyter Theil. Allgemeine Geschichte der christlichen Sittenlehre, Erste Hälfte. Geschichte der vorchristlichen und altkatholischen Sittenlehre, en Zweyte Hälfte. Geschichte der römischkatholischen und protestantischen Sittenlehre, Berlin 1819-1821; W. Gass, Geschichte der christlichen Ethik, Erster Band. Bis zur Reformation en Zeiter Band. Bis zur Gegenwart, Berlin 1881-1887 (Zweiter Band in zwei Abtheilungen); H.J. Bestmann, Geschichte der christlichen Sitte, I. Teil: Die sittlichen Stadien, Nördlingen 1880; id., Geschichte der christlichen Sitte, II. Teil: Die katholische Sitte, Nördlingen 1883.

358 Bavinck doelt op: Chr. Ernst Luthardt, Die Ethik Luthers in ihren Grundzügen dargestellt, Leipzig 1867, 18752.

359 Bavinck doelt op zijn eigen dissertatie: H. Bavinck, De ethiek van Ulrich Zwingli, Kampen 1880.

360 Bavinck doelt op: Paul Lobstein, Die Ethik Calvins in ihren Grundzügen entwurfen. Ein Beitrag zur Geschichte der christlichen Ethik, Strassburg 1877.

361 Bavinck somt nu een aanzienlijke hoeveelheid literatuur op. De bibliografische gegevens van vrijwel alle werken die hij noemt, zijn te vinden in het later in deze uitgave opgenomen manuscript ‘Schets van de gereformeerde ethiek’ (en de daarbij behorende annotatie). Zie later pag. 127v. Vgl. ook GE, 39v.

362 Bavinck schrijft: ‘Wendelin’ en neemt deze spelling waarschijnlijk over uit: Alex. Schweizer, ‘Die Entwicklung des Moralsystems in der reformirten Kirche’, 54 (in GD11, 12 schrijft hij ‘Wendelinus’). Het bedoelde werk is mogelijk: Marcus Fridericus Wendelinus, Christianæ Theologiæ, Libri II, Hanoviae 1634 (het eerste boek is getiteld: ‘De Agnitione Dei’; het tweede boek: ‘De cultu Dei’). Later publiceerde hij ook: Philosophia Moralis, Francofurti 1647. Vgl. GE, 39, 742 (noot 80).

363 Hermannus Witsius, Schediasma Theologiae Practicae [...], Groningae 1729.

364 Mogelijk is bedoeld: Melchior Leydecker, De Veritate Fidei Reformatae, ejusdemque Sanctitate Libri III. sive Commentarius ad Catechesin Palatinam, quo Principia Fidei demonstantur & Theologiae Practicae Medulla exhibetur, Ultrajecti 1694.

365 Moyse Amyraut, La Morale Chrestienne. A Monsieur de Villarnoul, Premiere Partie – Suite de la Quatrieme et derniere Partie, Saumur 1652-1660. Vgl. GE, 40, 742 (noot 86).

366 Bavinck schrijft: ‘Zedekunde’.

367 Vgl. later in deze uitgave pag. 128.

368 Vgl. later in deze uitgave pag. 129v.

369 Vgl. later in deze uitgave pag. 149 (noot 64).

370 Vgl. later in deze uitgave pag. 149 (noot 65).

371 Vgl. later in deze uitgave pag. 149 (noot 66).

435 Cf. Alex. Schweizer, ‘Die Entwicklung des Moralsystems in der reformirten Kirche’, in: Theologische Studien und Kritiken (1850), 5-78, 288-327, 554-580; Christiaan Sepp, Het godgeleerd onderwijs in Nederland, gedurende de 16e en 17e eeuw, Tweede Deel, Te Leiden 1874, 397v.

372 Vgl. later in deze uitgave pag. 129. Vgl. ook GE, 40v.

373 Vgl. later in deze uitgave pag. 127 (noot c).

374 Hermannus Witz, Practijcke des Christendoms, Ofte Eenvoudige verklaringe van de voornaamste gronden der Godzaligheyt [...], t’Enchuysen 1665 (of een latere uitgave).

375 Vgl. later in deze uitgave pag. 128 (vervolg van de een pagina eerder begonnen voetnoot c).

436 H. Bavinck, ‘Het geweten’, in: De Vrije Kerk 7 (1881), 27-37, 49-58.

437 Detlev Zahn, Die natürliche Moral. Christlich beurteilt und angewandt auf die Gegenwart in Kirche, Schule und innerer Mission, Gotha: Schloesmann 1881.

376 Paganorum virtutes splendida vitia sunt: de deugden van de heidenen zijn schitterende gebreken. De­ze woorden, die dikwijls aan Augustinus zijn toegeschreven, komen niet letterlijk in diens werk voor. Uitspraken die daar dicht in de buurt komen, zijn te vinden in De Civitate Dei, V.15 en XIX.25. Vgl. GD31, 149 (GD34, 101); GE, 92; en later in deze uitage pag. 133.

438 [In margine] loten van 1 stam.





Please send all questions and comments to Dmytro (Dima) Bintsarovskyi:
dbintsarovskyi@tukampen.nl

x
This website is using cookies. Accept